Over het ontstaan van Wilde Lucht

Boeken hebben een mysterieuze manier om zichzelf te schrijven. Eind 2002 liep ik rond met het idee een boek over muziek te schrijven maar wist niet goed hoe of wat. Tot ik naar een optreden van een vriend van me ging en daar muziek hoorde die me meteen erg intrigeerde.

 

Eén song vooral bleef me bij: Inside, een liefdeslied maar toch ook weer niet, want de woorden waren helemaal anders dan bij andere liefdesliedjes. Ik vond de lyrics op zijn website: why, what can I do but smile… 

 

De volgende dag ben ik beginnen schrijven. Het was valavond en ik zat razendsnel met potlood op wat kladpapier te pennen. Het werd steeds donkerder en de letters leken te vervagen op het zelfde moment als ik ze neerschreef. Het waren vreemde woorden die iemand me scheen in te fluisteren. Een meisje, een jong meisje dat iets verschrikkelijks had meegemaakt, dat opgesloten zat, bewaakt werd…

 

Ik heb die kladblaadjes lange tijd opzij gelegd omdat ik niet goed wist wat ermee aan te vangen. En die muziek bleef maar door mijn hoofd spoken. Ik wilde toch een boek met muziek? Of was de muziek er al, en had ik alleen nog het boek te schrijven?

 

Het boek weigerde koppig te verroeren zolang ik niet terugkeerde naar mijn duistere notities. Het boek weigerde één letter prijs te geven totdat ik de telefoon nam en die vriend van me opbelde. Of hij een soundtrack bij een nog ongeschreven roman wou maken.

 

Hij vroeg niet waarover het verhaal zou gaan. Vroeg niet waarom. Vroeg niet of  ik daar al eens goed over nagedacht had en besefte waaraan ik begon? Vroeg niet of ik wel wist dat zoiets nog nooit eerder was gebeurd omdat boeken in tegenstelling tot films normaliter geen soundtrack hadden. Hij zei gewoon: ik doe het!

 

Toen kon ik mijn notities weer opdiepen en eindelijk, eindelijk beginnen schrijven. En weer kwamen de letters vanzelf en vormden zich tot zinnen, alinea’s en daardoorheen weefden zich songs die het verhaal verder stuwden.

 

Zo kwamen Lia, Lennert, Jarno en Sanne tot leven. En nu ze er eenmaal zijn, kan ik me geen wereld zonder hen voorstellen. Misschien kom ik ze morgen wel op straat tegen.  

Dit bericht werd geplaatst in muziek, wilde lucht. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie